Hieronder tref je een uitleg wat met deze velden bedoeld wordt. 

1. Vraag en toelichting;
2. ‘Afhankelijk van’ en ‘Afhankelijk van antwoorden’;
3. Verplichte vraag, Verborgen vraag en Verborgen in API; 
4. Vraagtype;
5. Vooringevuld/vooringesteld antwoord, optionele waarde en variabelen. 

1. Vraag en toelichting

Hiervoor kunnen we de eerste vragen uit onze beslisboom overnemen.

Optioneel kan een tekst worden ingevoerd als toelichting die voor de gebruiker in de vragenlijst zal verschijnen. We hebben deze voor nu leeggelaten, maar afhankelijk van de complexiteit van de vragen en het (juridisch) niveau van de gebruiker kan een toelichting wenselijk zijn en worden toegevoegd.

2. ‘Afhankelijk van’ en ‘Afhankelijk van antwoorden’

Verder hebben wij de mogelijkheid om vragen in de vragenlijst afhankelijk te maken van een andere vraag (“Afhankelijk van”) of een antwoord op een andere vraag (“Afhankelijk van antwoord(en)”); dat laatste kan alleen bij meerkeuze vragen. Bij de eerste optie kun je een vraag alleen in de vragenlijst laten verschijnen (en dus afhankelijk maken) als in de vragenlijst op een eerde aangegeven vraag een specifiek antwoord is gegeven door de gebruiker. Als die betreffende vraag geen input heeft gekregen, dan zal deze nieuwe vraag ook niet gesteld worden. Voor nu hoeven we geen afhankelijkheden in de vragenlijst in te voeren.

3. Verplichte vragen

We kiezen of een vraag verplicht door de gebruiker moet worden ingevuld. Dit betekent dat de vraag moet worden beantwoordt voordat de gebruiker door kan met de volgende stap in de vragenlijst. Wanneer deze box is aangevinkt, dan is dat het geval. In onze beslisboom en gedefinieerde vragen is dat niet het geval. Daarom kunnen wij deze voor nu niet aanvinken. 

4. Vraagtype 

Bij het opstellen van de vraag is het belangrijk om na te denken wat voor type vraag gesteld moet worden. Bij de bepalingen hebben we gezien dat voorwaarden of regels kunnen worden gesteld waarbij bepaalde teksten zullen worden opgenomen in een document wanneer een variabele een bepaalde waarde hebben gekregen. Bij het kiezen van het type vraag is het dus belangrijk dat deze waarden van de variabelen exact gelijk zijn aan de antwoorden bij de vragen. Zo zorg je dus dat een gekozen antwoord een waarde geeft aan de variabele, waardoor het gewenste tekstdeel in de overeenkomst wordt opgenomen. Probeer het type vragen uit en zie het verschil bij de antwoorden, variabelen en of je al dan niet een ‘waarde’ moet opgeven. De keuzeopties voor de vraagtypes vind je hier.

Als wij terugkeren naar onze beslisboom, dan verwachten wij op onze vraag (“Accepteert u aansprakelijkheid”) als antwoord ‘Ja’ of ‘Nee’. In onze bepaling hebben wij opgenomen dat de variabele enkel de waarde ‘ja’ of ‘nee’ kan krijgen en is bij deze waarden een tekst gekoppeld. De Ja/Nee-vraag is dus niet geschikt (omdat deze als waardes 1 of 0 geeft), dus kiezen we voor de Radio buttons (er mag maar uit de twee opties maar één antwoord worden gekozen).

5. Vooringevuld/vooringesteld antwoord, optionele waarde en variabele 

Afhankelijk van het gekozen type vraag, kun je vervolgens een voor ingevuld of vooringesteld antwoord opgeven. Vooraf ingevulde antwoorden kun je gebruiken, om de gebruiker in de vragenlijst richtlijnen te geven hoe het antwoord eruit zou moeten komen te zien. Dit antwoord is dan te zien door de gebruiker, waarbij deze zijn eigen antwoord moet specificeren. Een vooringesteld antwoord is alleen te zien wanneer er gekozen wordt voor een vraag met meerdere antwoorden. 

Terugkerend naar onze beslisboom, zullen wij nu antwoorden moeten formuleren bij onze geformuleerde vraag met Radio Buttons. Om twee keuzemogelijkheden te hebben, moeten we eerst nog een extra antwoord toevoegen met de knop Voeg extra antwoord toe.

We zien nu per antwoord drie velden naast elkaar. Het eerste veld link is voor het antwoord wat de gebruiker in de vragenlijst zal zien. Het tweede veld (midden) is voor de waarde van de variabele die aan dit antwoord in de vraag moet worden gekoppeld. Het derde veld (rechts) is voor het selecteren van de variabele die de waarde door het antwoord meekrijgt. Wij vullen de antwoorden, waarde en variabele op basis van onze beslisboom als volgt in:

De gebruiker zal Ja en Nee als antwoordmogelijkheden zien, waarbij Ja de waarde ‘ja’ zal meegeven en Nee de waarde ‘nee’ aan de variabele aansprakelijk.